17 sept 2008

Boliviaanse president krijgt opstandige regio’s aan onderhandelingstafel

Franz Chavez
LA PAZ, 17 september 2008 (IPS) - De Boliviaanse president Evo Morales is erin geslaagd de opstandige regio’s in zijn land aan de onderhandelingstafel te krijgen. De regionale autoriteiten hebben Morales’ voorwaarden geaccepteerd om een dialoog te beginnen die de rust in het land moet herstellen. Morales liet ondertussen de gouverneur van Pando, Leopoldo Fernández, arresteren op beschuldiging van volkerenmoord.
De linkse regering van president Morales bereikte een principeakkoord met de opstandige regio’s in het oosten van het land. Dat kondigden de regionale autoriteiten van de departementen Santa Cruz, Beni, Chuquisaca en Tarija dinsdagavond (16 september) aan.
Morales belooft onder meer de regio’s het geld terug te geven dat zijn administratie uit de belasting op de ontginning van aardgas- en olievelden ontving en wil praten over de mogelijkheden om bepaalde instellingen aan de regionale autoriteiten over te dragen. De regio’s zegden toe de discussie over de nieuwe grondwet te respecteren maar vragen wel het referendum over de tekst, gepland voor januari, uit te stellen tot na de onderhandelingen. Rechtse manifestanten maken een einde aan de bezetting van olie-installaties en gebouwen van de centrale regering en heffen ook hun wegblokkades op.

Bloedbad
De rijke oostelijke regio’s verzetten zich al sinds vorig jaar tegen Morales’ sociale hervormingen, die vooral de arme boeren in het centrum en westen ten goede moeten komen. Ze eisen bovendien meer regionale autonomie. De voorbije weken kwam het tot zware incidenten tussen het regeringsleger en manifestanten van rechtse burgerorganisaties.
De onderhandelingen beginnen donderdag in de stad Cochabamba, in Centraal-Bolivia. Mario Cossío, de gouverneur van Tarija, kondigde dinsdagavond aan dat er waarnemers en bemiddelaars aanwezig zullen zijn, onder meer vertegenwoordigers van de katholieke Kerk en de commissie die de Unie van Zuid-Amerikaanse Naties heeft aangeduid om de gesprekken te initiëren.
President Morales, sinds 2006 de eerste inheemse president van Bolivia, liet maandag een van de radicaalste oppositieleiders, Leopoldo Fernández, arresteren door een zwaar bewapende militaire eenheid. Fernández is gouverneur van Pando, het noordelijke departement waar eind vorige week minstens vijftien doden vielen, vooral arme boeren en leden van inheemse bevolking. Volgens officiële bronnen waren de slachtoffers in een hinderlaag gelokt en vertonen de lichamen kogelwonden. Meer dan honderd personen zouden nog vermist zijn. Het parket-generaal beschuldigt Fernández van volkerenmoord.
Mario Cossío, de gouverneur van Tarija, bevestigde dinsdagavond dat er een parlementaire onderzoekscommissie komt naar het bloedbad. Hij vroeg de centrale regering garanties voor de fysieke integriteit van Fernández en de andere gearresteerde oppositieleiders. Volgens Branco Marinkovic, voorzitter van het Burgercomité Pro Santa Cruz, kan er van onderhandelen geen sprake zijn zolang gouverneur Fernández achter de tralies zit, maar voor dat standpunt krijgt hij amper steun. Marinkovic, een grootgrondbezitter van Joegoslavische afkomst, trok vorig jaar het verzet tegen Morales op gang.

Steun
Het principeakkoord met de oppositie en de arrestatie van gouverneur Fernández kwamen er nadat de andere Zuid-Amerikaanse landen maandag tijdens een buitengewone top in Santiago unaniem hadden opgeroepen tot dialoog.
Uit de Verenigde Staten komen ondertussen heel andere diplomatieke geluiden. Washington beschuldigt Bolivia ervan te weinig inspanningen te doen om de drugstrafiek aan banden te leggen. De beschuldiging volgt op de afkoeling van de diplomatieke relaties tussen beide landen. La Paz zette vorige week de Amerikaanse ambassadeur het land uit op beschuldiging van steun aan de autonomiegroeperingen en van samenzwering tegen president Morales. Washington deed daarop hetzelfde met de Boliviaanse ambassadeur in de Verenigde Staten.
IPS(PD, MC)
(Video in het Spaans)Bolivia: “Humillados y ofendidos: el racismo en Bolivia”