25 feb 2010

Sloppenwijk van Caracas, een verassing voor wie het wil zien

De smalle straatjes oplopende, met aan beide zijden gekleurde huisjes, kom ik slechts een oude dame met haar boodschappentas tegen. Er is geen plaats voor auto´s hier en op dit uur van de dag zijn er niet veel voorbijgangers, omdat de brandende zon de mensen hun huizen in jaagt. De verkoper van een klein winkeltje knikt me gedag (link).





Caracas
De kleuren van de huizen, de bloemen aan de raamkozijnen en twee kinderen die luid lachend achter een voetbal aanrennen, heten me welkom als ik als een schip stroomopwaarts pasje voor pasje de steile straat naar boven schommel. Wanneer ik me omdraai om even uit te rusten komt me een spectaculair uitzicht tegemoet. Ik zie een dal vol met onregelmatige daken en steegjes die zich een weg zoeken naar de brede hoofdstraat in het midden, San Martin. In die chaos ontsnapt een vlieger dat door een kind hoog boven de daken uitgestuurd wordt. 

Er wonen ongeveer een miljoen mensen in de sloppenwijken van Caracas. Volgens velen zijn het onbewoonbare en gevaarlijke plaatsen. Maar struinend door mijn sloppenwijk, die zijn naam aan de boom met de lange stam en de paarse bloemen dankt, zie ik de schoonheid die ze bezit, ondanks de problemen. Ik bevind me in El Guarataro.

El Guarataro verschilt niet veel van de andere sloppenwijken in Caracas. Het is ook niet zo groot vergeleken bij bijvoorbeeld Petare. Het ligt in het oosten Caracas vlakbij El 23 de Enero en Catia. El Guarataro is deel van de gemeente San Juan, die met zijn 110.692 inwoners huisvest een bevolkingsdichtheid van 31.393 personen per km2 heeft. In Amsterdam zijn dat er 4509 personen per km2. El Guarataro is een van de dichtstbevolkte gedeeltes van San Juan.

Vandaag, hangende uit haar raam in Calle del Carmen, werd ik uitgenodigd door mijn buurvrouw om met haar mee te gaan naar het verjaardagsfeest van haar neef Juan David. Dat leek me wel wat. De Venezolanen staan namelijk nogal bekend om hun uitbundige feesten.

Na wat taartjes te hebben gekocht bij de Portugese bakker op de hoek van de kerk, Palo Grande, loop ik het straatje in met de koloniale huizen. De kerk stamt uit 1956, maar de achterliggen huizen aan de voet van de sloppenwijk zijn een kleine 100 jaar ouder en ze zijn in niets veranderd sinds hun bouw. De structuur van kamers die uitkomen op een centrale binnenplaats is nog hetzelfde en de dakpannen daken en lemen muren ook. Het zijn verborgen stukjes geschiedenis van Venezuela, die in de lagere regionen van de sloppenwijken te vinden zijn al dan niet aangepast aan modernere tijden.
Carcas
Ik kom langs de hoek van El Martillo waar twee tieners basketbal aan het spelen zijn (link). Basketbal is één van de meest populaire sporten in de sloppenwijken, omdat het niet veel ruimte inneemt. Verderop kom ik langs een van de vele kleine winkeltjes die van-alles-en-nog-wat verkopen maar altijd rum hebben. Vlak voor dit winkeltje staat een zwerver op de salsamuziek te dansen dat uit het winkeltje blèrt (link) en hij danst goed! De mannen aan de andere kant van de straat bekijken de zwerver smalend en roepen me ondertussen wat na. Een van hen is best knap.

Het feest van de neef van mijn buurvrouw is helemaal boven in de sloppenwijk. Hier zijn de huizen nieuwer en hoger. Als de volwassen kinderen gezinnen krijgen en er geld is wordt er een nieuwe verdieping op het ouderlijk huis gebouwd. Venezolanen hebben soms wel 10 kinderen. 

Het is nog vroeg, en oud en jong zit op straat wat te kletsen als er een motorfiets de steile straat afscheurt op zijn achterwiel (link). Die crossbrommers zijn het statussymbool van de jongens in de sloppenwijken. Deze jongen moet nog even oefenen want hij valt flink op zijn gezicht.

Als ik bij het huis van Juan David aankom denk ik ineens aan de volksschrijver en komiek Aquiles Nazoa, die geboren is in deze sloppenwijk in 1920 in een eenvoudige familie. Ik zie de vrienden van Juan David bezig met hun auto. Ze zijn aan het proberen een geluidsinstallatie zo groot als de hele achterbak te installeren (link). Nazoa, één van de weinige schrijvers van die tijd die de volkstaal sprak van arbeiders en voormalig slaven, schreef al over de dromen van jonge mannen van auto´s en status.

[…] Als één van deze jongeren op een dag
Hun basis lessen Engels en rekenen onderbreken
Om de wereld te betreden van hen die ´de mode beheersen´
Een welgemanierde jongeling die ´een auto met alles erop kocht´.


Dat de meisjes kunnen zeggen: “wat is de bediening vandaag de dag toch slecht”
Niemand begrijpt het werk van een dame van vandaag
Het laatste wat me is overkomen is met mijn zwarte (bediende)
Nou als ik je vertel wat zij vroeg […]


Vanaf haar gestage uitgroei tot aan de jaren 70 had El Guarataro eigenlijk wel een goede naam. Zij dankte die reputatie aan de bouw van de moderne verloskliniek, La Maternidad en andere ziekenhuizen en klinieken aan de rand van de sloppenwijk. De urbanisatie nam echter vanaf de jaren 20 ook steeds toe. Betaald werk was, zoals in veel Zuid-Amerikaanse landen, alleen in de stad te vinden. El Guarataro ligt dicht bij het centrum en er is een goede verbinding vanaf de rand van de wijk. Dankzij de ligging en de trek naar de stad groeide de wijk na de jaren 70 compleet uit zijn voegen en werd er nooit iets aan onderhoud en sociale voorzieningen gedaan. De buurt verloor daarmee definitief haar relatief goede reputatie.

Ik ben inmiddels in het huis van Juan David aangekomen, maar er zijn niet veel vrienden, het is nog vroeg. Het uitzicht vanuit zijn huis is spectaculair (link). Later op de avond gaan we een paar straten hoger naar het feestzaaltje op het dak. Zelfs oma danst mee (link). Maar de sfeer komt er pas goed in als Hector Cabrera wordt gedraaid, de ´dichter van het lied´, geboren in 1932 in de stegen van El Guarataro (link).

Als ik later de straten weer afdaal vergezeld door mijn buurvrouw en haar familie, komen we langs de verjaardag van de kleine Marianela (link) en eten we nog wat op straat bij Rosa die wat vlees en mais roostert (link). En dan snel naar huis in Calle del Carmen waar ik even later inslaap met het geluid van de nachtkikkers en de auto´s in de hoofdstraat San Martin. Zo gevaarlijk lijkt de sloppenwijk eigenlijk niet.


Waar is El Guarataro?  hier


Tessa Marsman